Ontwerpen voor SLA: complete gids voor resinprinten zonder fouten

Voordat je een model met SLA laat printen, is het belangrijk om het ontwerp af te stemmen op de eigenschappen van resinprinters. SLA gebruikt vloeibare hars en werkt omgekeerd: je object hangt aan een platform en wordt van onderen belicht. Door de combinatie van supports, nabehandeling en de gevoeligheid van het materiaal zijn andere ontwerpregels nodig dan bij FDM of SLS. In deze gids leer je hoe je succesvol een printklaar model maakt en typische fouten voorkomt.

• Ontwerp wanddiktes van minimaal 1 mm en voorkom dunne, breekbare elementen.

• Vermijd cupping door minimaal twee ontluchtingsgaten van 2 mm doorsnede toe te voegen.

• Positioneer zichtvlakken en details van de supportzijde af.

• Maak massieve modellen hol en voorzie ze van drainage.

• Voeg spelingen toe voor passerende onderdelen vanwege krimp na uitharding.

Waarom ontwerpen voor SLA anders is dan FDM

Bij SLA 3D printen wordt je model opgebouwd uit vloeibare resin die laag voor laag belicht wordt. Het model hangt tijdens het printen ondersteboven en heeft altijd ondersteuningsstructuren nodig. Na het printen volgt een nabehandeling: wassen en uitharden onder UV-licht. Omdat resin stijf en bros kan zijn, is het belangrijk om het ontwerp hierop aan te passen. Fouten zoals breuk, warping of cupping zien we vaak terug bij modellen die niet geoptimaliseerd zijn.

Wij helpen je aan een technisch doordacht model dat vanaf de eerste print correct wordt gebouwd. Dit doen we door handmatige controle en waar nodig aanpassing met advies over oriëntatie, wall-thickness, passing of alternatief materiaal zoals SLS met nylon PA12.

Oriëntatie van je SLA-model: fundamenteel voor de afwerking

De positie waarin je model wordt geprint heeft directe invloed op de kwaliteit van zichtvlakken en details. Richt zichtbare zijden zoals tekst, logo’s of gezichten altijd van de supports af. Plaats kritieke vormen onder een helling van 30 tot 45 graden, zodat er minder zichtbare laagvorming optreedt. Vermijd verticale wanden met fijne details, want deze tonen traptreden en vereisen extra nabewerking.

Supportplaatsing: slim en strategisch

Laat supports op plekken landen die je achteraf makkelijk kunt bijwerken. Denk aan onderkanten of binnenvlakken. Gebruik kleine contactpunten bij fijne vormen. Voor grotere overhangende structuren of zware massieve delen zijn stevigere supports nodig. Vormkritische elementen zoals ribben of vingers kun je het beste supportvrij houden door het model anders te oriënteren.

Cupping voorkomen: lucht moet kunnen ontsnappen

Cupping ontstaat door vacuümeffect in afgesloten holle delen tijdens het printen. Het veroorzaakt interne spanningen die de printlaag omhoog trekken. Daardoor kunnen onderdelen barsten of vervormen. Ontwerp altijd twee drainagegaten van minimaal 2 mm doorsnede, telkens aan tegenovergestelde zijden van het volume. Gebruik afgeronde interne overgangen en vermijd volledig omsloten kamers waarin lucht of hars blijft zitten.

Hol maken bespaart hars en voorkomt kromtrekking

Massieve prints verbruiken veel materiaal en zijn gevoelig voor spanningsopbouw, met kromtrekking als gevolg. Door je model hol te maken, optimaliseer je materiaalgebruik en verlaag je printtijd. Drain holes zijn noodzakelijk. Plaats ze op de laagste punten, onzichtbaar aan de onderzijde. Bij voorkeur symmetrisch. Harsresten in afgesloten volumes kunnen niet volledig uitharden en leiden tot printfalen of verkleuring.

Minimale wanddikte: voorkom breuk en vervorming

Voor standaard resin adviseren wij een wanddikte van minimaal 1 mm. Dunner betekent risico op breuk tijdens het spoelen of uitharden. Fijne strips, holle buisjes of ribachtige structuren moeten worden verstevigd door lokale verbreding of verbinding met andere delen. Lange dunne wanden hebben baat bij ribben of structuurverdelers. Ontwerpen voor SLA verschilt dus duidelijk van SLS wanddikte eisen, waar structuur door poeder ondersteund wordt.

Tekst en reliëf duidelijk zichtbaar maken

Wil je letters, cijfers of logo’s op je print? Gebruik een verdiepte of verhoogde vorm van minimaal 0,4 mm in hoogte of diepte, en een lijndikte van minstens 0,5 mm. Kies minimale fonts van 10 pt en richt de tekst onder een hoek van 30 tot 45 graden ten opzichte van het printplatform. Hiermee voorkom je compressie of het inslikken van dunne lijnen door supports.

Passing en tolerantie bij SLA: ruimte inbouwen

Bij SLA is het belangrijk om speling toe te voegen aan onderdelen die in elkaar moeten passen. UV-uitharding veroorzaakt krimp. Voor schuif- of klikverbindingen adviseren we 0,1 tot 0,3 mm extra ruimte, afhankelijk van de totale maat. Wil je precieze passing? Ontwerp dan teststukken. SLS toleranties zijn vergelijkbaar met SLA: houd rekening met ±0,3 mm tot 100 mm. Grotere vormen vragen wat meer marge.

Grote modellen splitsen: zo behoud je controle

Is je model groter dan het printvolume? Deel het op in segmenten. Kies breeklijnen die natuurlijk terugkomen in het design, of snij via rechte, vlakke vlakken. Integreer positioneringspennen en zorg voor verlijmingsspeling. Hoekige of gebogen verbindingen zijn lastiger af te werken. Splitsen maakt prints betrouwbaarder en voorkomt supportproblemen aan de binnenkant van diepe volumes.

Resinmateriaal kiezen bij je ontwerp

We werken met verschillende harssoorten:

• Standaard resin: detailrijk en kostenefficiënt, geschikt voor visuele modellen.

• Tough resin: beter bestand tegen impact, ideaal voor functionele prototypes.

• Hittebestendig resin: voor onderdelen die in warme omgevingen toegepast worden.

• Transparant resin: vereist strak afgewerkte oppervlakken en nauwkeurige supportpreventie.

Vermijd scherpe binnenhoeken. Gebruik afrondingen om piekspanningen te vermijden. Print nooit flexibele scharnieren met resin. Daarvoor is nylon PA12 via SLS 3D printen beter geschikt. Dit materiaal biedt meer veerkracht en is ontworpen voor toepassingen die vragen om beweging, zoals klikverbindingen of spatbestendigheid.

Ontwerpen met post-processing in gedachten

Neem afwerking mee in je ontwerpkeuzes. Zichtvlakken moeten bereikbaar zijn voor schuren, primen en lakken. Vermijd kleine randdecoraties in zones die later vlak moeten ogen. Hierdoor wordt je nabewerking eenvoudiger en het eindresultaat strakker. Denk vooruit over hoe jij het onderdeel uiteindelijk wilt tonen of gebruiken.

Breuk voorkomen door veiligheidsmarges

Net na het printen is resin nog bros. Volledige sterkte ontstaat pas na UV-uitharding. Ontwerp daarom met marges. Maak uiteinden niet te dun. Voeg indien nodig ribstructuren of verdikkingen toe op kwetsbare plekken. Let extra op steunen of uitstekende details. Zo voorkom je dat een print breekt bij hantering of transport.

Printkwaliteit hangt af van ontwerp, niet van laaghoogte

De fijnheid van lagen zegt minder over het resultaat dan je denkt. De positie van het model, de richting van zichtvlakken, supportstrategie en drainage bepalen voor 80 procent hoe goed de print oogt. Slim ontwerpen bespaart foutcorrectie in de productie. Denk dus aan het volledige proces.

SLA-model checklist: staat alles goed?

• Zichtvlakken zitten supportvrij gepositioneerd.

• Holle delen hebben minimaal twee ventilatiegaten.

• Wanddikte voldoet aan het gekozen materiaal (meestal 1 mm).

• Er is speling voorzien waar passerende delen nodig zijn.

• Grote vormen zijn gesplitst met naad, paspen en lijmruimte.

Veelgestelde vragen over ontwerpen voor SLA

Welke wanddikte is minimaal bij ontwerpen voor SLA?

Voor de meeste resins geldt een minimum van 1 mm. Dunner vergroot de kans op breken tijdens washing of curing.

Hoe voorkom ik cupping bij SLA-resinprints?

Ontwerp altijd twee ventilatieopeningen van ongeveer 2 mm op tegenoverliggende plekken. Vermijd volledig afgesloten volumes.

Kan ik ook kiezen voor SLS 3D printen met nylon PA12?

Ja. Nylon via SLS is geschikt voor duurzame prototypes. Het is steviger, flexibeler en minder bros dan resin. SLS ontwerpregels verschillen wel: afgesloten volumes kunnen poeder vasthouden, dus open structuren en drainage zijn verplicht.

Wat zijn de eigenschappen van nylon PA12?

Nylon PA12 is licht, sterk en maatvast. Het heeft een goede balans tussen flexibiliteit en stijfheid en is bestand tegen veel chemicaliën. Ideaal voor technische toepassingen.

Wat zijn typische toleranties en wanddiktes voor SLS?

Houd rekening met een tolerantieniveau van ±0,3 mm bij onderdelen tot 100 mm. Wanddikte moet minimaal 1 mm zijn voor betrouwbare resultaten. Dit kan per ontwerp afwijken.

Hoe wordt poeder verwijderd bij SLS?

Het poeder in SLS wordt na de print uit holtes geblazen via luchtdruk. Ontwerp daarom interne kanalen die reinigen mogelijk maken. Poeder zonder uitweg blokkeert functionaliteit.